Terwijl je de luchtweg open houdt, controleer je of het slachtoffer normaal ademt.
- KIJK naar bewegingen van de borstkas;
- LUISTER aan de mond naar ademgeluiden;
- VOEL met de wang of er luchtstroom is.
Kijk, luister en voel gedurende 10 seconden voor je besluit dat het slachtoffer geen normale ademhaling heeft.